Sinds kort mijd ik straathoeken, want op elke straathoek waart potentieel het virus.
Ik blijf veilig binnen en luister naar “Erbarme Dich” van Bach. Afgewisseld natuurlijk met die reclame van Coop waarin een persoon, genietend van een vrije dag, zich tegoed doet aan een hele rookworst en een heel klein beetje boerenkool. Ziet dat er even smakelijk en gezond uit!
Dus nu wacht ik ook op mijn boodschappen, bezorgd door die trouwe bezorgmedewerkers.
Het is de Nationale Week Zonder Vlees, een breed gedragen initiatief. Zo breed zelfs dat het partners heeft als Aldi en Unox. Maar aan die Week stoort Coop zich niet. De reclame voor worst vliegt mij om de oren als een vleermuis met Corona. Kijk, de Coop begrijpt ons soort mensen tenminste! Wij willen geen vleeshysterie, wij laten ons onze rookworst niet afpakken! Wij eten geheel uit eigen vrije wil en in onze keuze bevestigd door de Coop elke dag slachtafval.
Corona is vermoedelijk een zogenaamde zoönose. Een ziekte of infectie die van nature overdraagbaar is van gewervelde dieren op mensen.

De Partij voor de Dieren waarschuwt al jaren op irritante wijze voor zoönosen. Tot nu toe heeft dit gelukkig nog niet geleid tot verregaande maatregelen om de risico’s in te dammen, omdat men de gevestigde landbouwbelangen belangrijker vindt. Trots op onze boeren die zulke prachtige rookworsten produceert, belangeloos gedistribueerd door de Coop.
Ik kijk TV met in mijn armen een bord met lekker weinig groente en veel proteins.
Zoveel mogelijk thuis blijven en geen handen schudden luidt het devies van de vrolijk handenschuddende Rutte en wachten tot de storm voorbij is. Klinkt allemaal geruststellend.
Ondertussen kijken we dan maar wat naar de reclame van de rookworst, in de Week Zonder Vlees, in het jaar van de vleermuis.
Verder is er niks op TV. Dan maar wat op YouTube kijken. Hee, wat is dit, Dominion? Een film over dieren blijkbaar.
Twee uur later.
Heftig schokkend kots ik mijn rookworst eruit, over de TV heen, waar net weer de vriendelijke oude dame haar zoveelste rookworst opeet.
Ik rij naar het huis waar zij vastgehouden wordt om rookworst na rookworst te eten, teneinde de Coop-lijken te slijten.
Ik smijt haar bord tegen de muur en sleur haar mee naar buiten. De blik van dankbaarheid op haar gezicht is onbetaalbaar.
Snel gooi ik een fiets onder de aanstormende Coop-bus die nieuwe worsten komt brengen en samen snellen wij er vandoor op haar e-bike.
Op weg naar een vleesvrije toekomst!
